ArchiMate - De verschillende soorten relaties
•
In het artikel ArchiMate - De hoofdconcepten hebben we de lagen kort besproken. Binnen en tussen deze lagen zijn elementen verbonden met elkaar middels relaties. Deze relaties duiden aan hoe de elementen met elkaar in verband staan.
Elke relatie heeft precies één 'van' en één 'naar' concept (element, relatie of relatieconnector) als eindpunt. De volgende beperkingen zijn van toepassing:
- Er zijn geen relaties toegestaan tussen twee relaties
- Alle relaties die verbinden met relatieverbindingen moeten van hetzelfde type zijn
- Een keten van relaties van hetzelfde type die twee elementen met elkaar verbindt, en die op zijn beurt weer verbonden is via relationele connectoren, is alleen geldig als een directe relatie van datzelfde type tussen die twee elementen geldig is.
- Een relatie die een element met een tweede relatie verbindt kan alleen een aggregatie, samenstelling of associatie zijn; aggregatie of samenstelling is alleen geldig van een samengesteld element naar die tweede relatie.
Het is een goede gewoonte om elke relatie die anders dubbelzinnig of verkeerd begrepen zou zijn, expliciet te benoemen of te labelen.
Structurele relaties
Structurele relaties vertegenwoordigen de 'statische' samenhang binnen een architectuur. Het verbindende concept is altijd een element; voor toewijzing en realisatie kan het een element of een relatieconnector zijn. Het verenigde concept kan in sommige gevallen ook een andere relatie of relatieconnector zijn.
Composition Relationship | De compositierelatie geeft aan dat een element bestaat uit een of meer andere concepten. | |
Aggregation Relationship | De aggregatierelatie geeft aan dat een element een of meer andere concepten combineert. | |
Assignment Relationship | De opdrachtrelatie staat voor de toewijzing van de verantwoordelijkheid, de uitvoering van het gedrag, de opslag of de uitvoering. | |
Realization Relationship | De realisatierelatie geeft aan dat een entiteit een kritische rol speelt in de creatie, de verwezenlijking, het onderhoud of de werking van een meer abstracte entiteit. |
Afhankelijkheidsrelaties
Afhankelijkheidsrelaties beschrijven hoe de elementen de andere elementen ondersteunen of gebruiken. Er worden vier soorten afhankelijkheidsrelaties onderscheiden;
Serving Relationship | De dienende relatie geeft aan dat een element zijn functionaliteit aan een ander element levert. | |
Access Relationship | De toegangsrelatie vertegenwoordigt het vermogen van gedrags- en actieve structuurelementen om passieve structuurelementen te observeren of daarop in te spelen. | |
Influence Relationship | De invloedsrelatie geeft aan dat een element van invloed is op de uitvoering of het bereiken van een bepaald motivatie-element. | |
Association Relationship | Een associatierelatie staat voor een niet nader omschreven relatie, of een relatie die niet wordt vertegenwoordigd door een andere ArchiMate-relatie. |
Dynamische relaties
De dynamische relaties beschrijven tijdelijke afhankelijkheden tussen elementen binnen de architectuur. Er worden twee soorten dynamische relaties onderscheiden: triggering en flow.
Triggering Relationship | Het triggerende verband vertegenwoordigt een tijdelijk of gewoon verband tussen elementen. | |
Flow Relationship | De stroomrelatie staat voor de overdracht van het ene element naar het andere. |
Andere relaties
Deze relaties vallen niet onder de eerder benoemde groepen.
Specialization Relationship | De specialisatierelatie geeft aan dat een element een bepaald soort ander element is. | |
Junction | Een knooppunt wordt gebruikt om relaties van hetzelfde type met elkaar te verbinden. | |
Grouping | Geeft aan dat objecten van dezelfde of verschillende types bij elkaar horen op basis van enkele gemeenschappelijke kenmerken. |